Voor de dood moet je sterven

Voor de dood moet je sterven

Leven
met verlangen
vervuld van verdriet
een liefdevolle betekenis geven.
Sterven

Inspiratie halen uit de dood en uit het sterven. Dat lijkt een grote opgave. Niet zo gek als je beseft welke plaats de dood inneemt in ons leven. Hoewel dat eens anders is geweest. De dood is een wedergeboorte. De start van een nieuw begin. Dood heeft een hoopvolle betekenis.

Maar om dood te gaan heb je eerst te sterven. Overgaan van het bekende naar het grote onbekende. Een ultieme vorm van loslaten. Een proces, omkleed met verhalen. Met metaforen die trachten betekenis te geven. Troost. Ontspanning. Overgave. Helpend om jouw ego zijn macht over jezelf op te kunnen geven.

Zo bezien maken we de dood vaker mee dan gedacht. De dood is afgescheiden worden van wat er was. Noodzakelijk. Om ruimte te maken voor het nieuwe. In het woord afgescheiden zit het afscheid opgesloten. Rouwen om het verlies, het gemis. Om uiteindelijk betekenis te geven. De cirkel van leven.

Er leeft veel verlangen in ons. En verlangen wordt op het hart wordt gedragen. Het hoofd, het verstand, weet dit verlangen echter goed te beteugelen. Met praten en beredeneren zet je jouw hart buitenspel. En daarmee je verlangen. Om je verlangen toe te laten heeft er eerst iets te sterven.

Je ego weet echter het ‘langen’ of het ‘lonken’ ver van jou te houden. Omdat in het onvervulde een onbekende onveiligheid schuilt. Weet dat je ego maar één opdracht heeft: Het waarborgen van jouw veiligheid. Om je verlangen te vervullen heb je symbolisch dood te gaan. Je af te scheiden.

Het afscheiden is jouw sterven. Kunnen rouwen om wat er niet meer is, Betekenis leren geven. Ruimte maken voor het nieuwe, je nieuwsgierigheid, het verlangen. Elke verandering gaat gepaard met loslaten. Weet dat het nieuwe er pas écht kán zijn als het oude is geëerd. In het groot en klein. 

Heb het goed! Joan 

“Dag Pa”

“Dag Pa”

Begin
altijd opnieuw
alleen daar waar
ruimte mag zijn voor
einde.


Niet willen bevatten

En toen was het 14 november. Een datum in mijn geheugen gegrift. Die avond van 14 november 2017 was de opmaat voor wat achteraf een eindsprint bleek te zijn. Al waren we ons daar niet echt van bewust. Ik wilde daar ook niet bewust van zijn. Die innerlijke stem kreeg geen ruimte. Het onbevattelijke wilde ik gewoon niet bevatten.

Het was (toevallig?) dezelfde dag. De aankondiging dat er per 1 januari geen plek meer zou zijn in de dagopvang. Op dat moment kreeg het samenzijn met een blik op de (nabije) toekomst een andere lading. Wat je zelf al weet, en moeilijk kunt aannemen, is door anderen in een hogere versnelling gebracht. Dat moet pa ook hebben gevoeld.

De dag dat er iets is gebroken 

Drie weken na ons samenzijn als broers en zussen was het er opeens. De laatste dagen dat pa thuis mocht zijn. De dag na Sinterklaas is hij uit huis gegaan. Zonder te weten en tegen zijn wil. Die dag is er iets gebroken. En wat nú nog zwaar weegt is dat er niet alleen bij mij iets was gebroken. 53 dagen na 14-11 is pa weer ‘verhuisd’. Nu voor altijd.

Het is een markering in iemands leven. Gebeurtenissen die diep in de ziel etsen. Voor iedereen anders. En met veel overeenkomsten. Dit persoonlijk trauma kent een aantal dynamieken. Dader-Slachtoffer; Vertrouwen-Wantrouwen; Vasthouden-Loslaten; Initiatief-Wanhoop; Schaamte-Twijfel; Initiatief-Schuld en niet als laatste Gevoel-Ratio. Hierover meer in dit blog.

Onzichtbare trigger van het trauma

Een traumatische gebeurtenis is heftig. Om te overleven splits je een deel van jezelf af. Een ander deel van jou werkt hard om dit traumatische deel buiten de deur te houden. Of geeft uiteindelijk definitief de strijd op. Waarmee je letterlijk over het leven heen gaat. Het gezonde deel heeft vervolgens het nakijken. Trauma’s worden altijd doorgegeven. Tot ze zijn verwerkt.

Het uitwerken van een trauma maakt heling mogelijk. Weggestopte trauma’s willen gezien worden en komen altijd weer naar de oppervlakte. Soms generaties later. Niet verwerkt blijft vaak onzichtbaar aanwezig. En met de juiste trigger telkens opnieuw geactiveerd. In de dierenwereld gaat dat gemakkelijker. Het trauma wordt letterlijk uit het lijf getrild. En is daarmee verwerkt.

Bewustzijnsverruiming maakt helen trauma mogelijk

Het woord trauma wordt steeds meer gebruikt. Alsof alles opeens veel slechter gaat. Ik ga er eerder vanuit dat bewustzijnsverruiming nu de weg vrijmaakt. Zodat ‘alles’ aangekeken mag worden. Om vervolgens te helen. Dit psychisch letsel, ontstaan door een hevige gemoedstoestand als gevolg van een schokkende gebeurtenis, roept om geheeld te worden.

Zijn jouw mogelijkheden tot het overwinnen van een schokkende gebeurtenis onvoldoende? Dan gaat dat gepaard met hulpeloosheid en een weerloze overgave. Hoe jij jezelf en de wereld om je heen kunt begrijpen wordt ernstig verstoord. De verbinding met jezelf is verbroken. En dat is bijzonder ingrijpend.

trauma

Het begin eren in het einde

Elk trauma grijpt terug op een vroeg kinderlijk trauma. Daar waar jij je hart bent gaan sluiten. Het overlevingsdeel van jou wat dat mogelijk heeft gemaakt is er nog steeds. En bij elk trauma opnieuw opgesplitst. Een aantal overlevingsdelen herken je zonder meer  bij jezelf. En er zijn delen in de schaduw verborgen. Omdat ze eigenlijk niet mogen bestaan.

De verbinding met delen van jezelf herstellen betekent ook ontmaskeren wat in je schaduw is verborgen. Ontmaskeren en je bewust maken wanneer jij je hart weer afsluit. Voor jezelf of voor de ander. Met het ontwikkelen van je gezonde deel, het zichtbaar maken van je overlevingsdelen wordt het trauma geïntegreerd in jou.

Als je geen hoop meer hebt

Als je geen hoop meer hebt

Als je geen hoop meer hebt, dan heb je alles. En dan is er niets meer waar je op zou hoeven hopen

Mijn kinderlijke identificatie met de held

Ik heb iets met de WOII. Of op zijn minst gehad. Als kind verslond ik oorlogsboeken. Vast uit een onbewust willen identificeren met de held. En vanuit dat perspectief kon ik iets niet begrijpen. Hoe konden mensen zich in grote getale laten ombrengen. Zonder veel tegenstand te bieden. Is het leven dan niets om voor te vechten? Zelfs al had ik in die de middelen gehad. En al had ik een passend antwoord gevonden. Ik had het niet eens kúnnen begrijpen. En toen kwam onlangs er een zin voorbij. Een zin van Bert Hellinger: Als je geen hoop meer hebt, dan heb je alles! Het kreeg opeens betekenis.

Als je geen hoop meer hebt, dan heb je alles

Ik neem je mee in deze betekenisvolle zin. De zin lijkt haaks te staan op de uitspraak: Hoop doet Leven. Wees eerlijk. Geen hoop meer hebben. Dát geeft toch een gevoel van machteloosheid. Het is klaar, het doet er niet meer toe. In het stervensproces is opgeven een teken. Een teken van naderend einde. Geef je dan op? Of geef jij je dan over? Dit is geen blog over stervensbegeleiding of rouw. Maar (hoop op) leven en sterven behoren tot dezelfde medaille. Overgave is mijn betekenis aan geen hoop meer (nodig) hebben. En dan toch alles blijken te hebben. Overgave aan wat er is.

De macht uit handen geven

Hoe resoneer jij op de woorden overgave en opgeven? Als iets om tegen de strijden? Omdat opgeven geen optie is? Weet dat alles waar je tegen strijdt groeit. Iets NIET willen resulteert in een onbewust willen. Door “niet(s)” te benoemen heb je dat een plek gegeven. En wat een plek heeft bestaat, is er. De wil om te strijden heeft een oorzaak. Overgeven voelt als toegeven, machteloos zijn. Zonder macht om invloed uit te oefenen op het eindresultaat. Machteloosheid maakt je klein, kwetsbaar zelfs. Lastig mee om te gaan. Terwijl je macht uit handen geven juist zo’n groots gebaar is.

Loslaten in het sterven

Ik identificeerde mij met helden. In stille verwondering, met verlangen om (zo) iemand te zijn. Om gezien te worden. Van betekenis. Er toe doen. Mijn aanname is dat iedereen ergens een voorbeeld heeft. Als richting voor het leven. Als bevestiging. Dat kunnen ouders/verzorgers zijn. Uit een grotere kring, of uit een imaginaire wereld. Hier komt het ego erbij. Je hebt het ego nodig ter bescherming van jezelf. Waarden, normen, overleven. Maar het ego staat jouw overgave in de weg. En het ego niet willen, maakt het juist groter. Weet dat in het sterven het ego (pas) echt wordt losgelaten.

Je mag je ego aannemen

Een mooie eerste stap is het ego aannemen. Want dát is er. En het heeft zeker een functie. Overleven in de huidige maatschappij zonder ego? Het is maar weinigen gegeven om het ego zo los te laten. Maar als je jouw ego aan kan nemen, zonder strijd. Dan wordt het minder groot. Dan is het verleden en de toekomst minder belangrijk. Dan ben je in staat meer HIER te zijn. En er is ook niet meer dan Nú. ‘Alles’ kan alleen in het NU bestaan. Aanvaarden dat wat er is, alles is… geeft rust. Als jij je kunt overgeven aan het grotere geheel, wat heb je dan nog meer nodig? Het voelt voor mij groot en groots.

Van laat-varen naar aan-vaarden

Wat mij al jong heeft geïntrigeerd is hoe mensen ‘iets’ kunnen ondergaan. Iets wat niet fijn, of zelfs met de dood bekocht moest worden. De weg naar de gaskamer gaan zonder noemenswaardig in verzet te komen. Het lot wat deze mensen te wachten stond lag vast. Er was geen hoop meer. En aanvaarden lukt pas als je hoop op een andere uitkomst laat varen. Aannemen wat er is. Voor het ego is er dan niets meer te doen. Met deze eigen uitleg denk ik te begrijpen wat Bert Hellinger bedoelde. Met aannemen wat er nu is hoef je geen uitweg te zoeken. Wat geeft dat een rust.

Zoveel lichter geworden

Iets van die rust kunnen deelnemers van een (familie)opstelling ook zo ervaren. “Zo is het” is een uitspraak die zó gevoeld kan worden. Dat kunnen aannemen, ervoor kunnen buigen lijkt alsof er een last afvalt. Zoals een deelnemer onlangs zei: “Als ik nu op de weegschaal ga staan, moet ik wel minder wegen. Ik voel mij zoveel lichter geworden.” Natuurlijk komt het voor dat het niet gaat. Dat het aannemen voor nu nog te zwaar is. En dat is prima. Weet dan dat er iets in beweging is gezet. En dan is er tijd nodig. Tijd om te verteren . Tijd om het ego te laten wennen aan wat er is.

Weet je welkom met elke vraag, twijfel of verwondering.